Martin Stam, een van de co-founders van Eropaf!, stopt met zijn bestuurstaak. In dit interview uit oktober 2020 blikt hij terug op dertien jaar advies en activisme. ‘Ik vind dat we meer hadden moeten toewerken naar een verschuiving.’
‘Samen met Marc Räkers, Carolien de Jong en Jos van der Lans hebben we in 2007 Eropaf! opgericht.’
‘Het begon allemaal met de ‘Vliegende Hollander’. Dat was een club die op het allerlaatste moment ingrepen om huisuitzettingen op grond van schulden tegen te gaan. Het effect van deze activistische aanpak was dat reguliere maatschappelijk werkers weleens zeiden: wat zij doen, dat kunnen wij niet. Zij waren meer gewend om binnen de lijntjes te kleuren.’
Outreachend sociaal werk
‘Vanuit deze stemming is vervolgens Eropaf! opgericht, met als doel om het outreachend sociaal werk in de praktijk te brengen. We waren duvelstoejagers. Medewerkers van Eropaf! lieten zich niet ringeloren door de maatschappelijke kaders.’
‘We richtten ons op mensen die door de maatschappij werden uitgesloten, zoals bijvoorbeeld de ‘zorgwekkende zorgmijders’; groepen waar de systeemwereld geen passend antwoord op had. We probeerden ons meer aan te sluiten bij de belevingswereld van die mensen. En vervolgens zochten we vanuit die belevingswereld een antwoord op de problemen waar die mensen mee geconfronteerd werden.’
Wind in de zeilen
‘Op zeker moment kreeg Eropaf! de wind in de zeilen. De overheid noemde Eropaf! zelfs als voorbeeld van ‘Welzijn Nieuwe Stijl’. Zelfs de welzijnssector legde zijn oor naar ons te luister.’
‘Toen, in 2015, ging het een beetje mis, doordat ieder zijn eigen weg ging. Ik zelf ben druk geweest met het opzetten van een lectoraat Outreachend werk en Innovatie op de HvA. Jos van der Lans ging zich bezighouden met het sociaal beleid van gemeenten en Carolien de Jong ging zich buiten Eropaf! bezighouden met beleidsadvies.’
‘Eropaf! verspeelde daardoor eigenlijk de kans om dat kenniscentrum te worden op het gebied van omgang met deze (voor overheden) moeilijke groepen. We waren in feite een actiegroep en wisten niet goed hoe we te werk moesten gaan als advies- en kenniscentrum. Er werden nog wel trainingen gegeven en er is een coöperatie opgericht, maar Eropaf! kreeg geen grote opdrachten meer. Wel bleef Eropaf! netwerkbijeenkomsten en congressen organiseren, wat we altijd al deden. We bleven dus wel op een voetstuk staan, met grote bekendheid en een goeie reputatie. Eropaf! bleef in de ogen van het publiek een soort van kwaliteitskeurmerk. Maar dat idee van dat kenniscentrum is niet uit de verf gekomen.’
Blijven hangen in 'governance'-kwesties
‘Eropaf! is daarna blijven hangen in een bedrijfsmodel waarbij veel tijd ging zitten in ‘governance’-kwesties: de bureaucratie. Daardoor kreeg het inhoudelijke aspect, het activistische denken, minder aandacht. Het bleef, zeg maar, hangen tussen een actiegroepsmodel en een bedrijfsmodel. Ik was daar niet zo gelukkig mee.’
‘Van de drie bestaande stromen: onderzoek, communicatie en uitvoering is de nadruk komen te liggen op de uitvoering, in de vorm van bewindvoering. En mijn ambitie lag meer bij die andere poten. Want met bewindvoering ben je helemaal betrokken bij die regelstructuur van de systeemwereld. Terwijl we ons vroeger niks aantrokken van hoe dat bureaucratische model in elkaar stak. We wilden niet naar die pijpen dansen. We stelden ons daarbuiten op. Die houding is een beetje verdwenen.’
Toewerken naar een verschuiving
‘Ik vind dat we meer hadden moeten toewerken naar een verschuiving. Eerst doe je het werk in de frontlinie en richt je je op het oplossen van problemen rond schulden en huisvesting. Vervolgens zou je vanuit die ‘brandhaarden’ moeten streven naar betere afspraken met woningcorporaties, welzijnsinstellingen en gemeenten. Zodat je die dwingt tot betere samenwerking. Op die wijze breng je maatschappelijke verandering tot stand.’
‘De bewindvoering van Eropaf! is zeker wel een groeidiamant te noemen. Maar ik vraag me daarbij af: het geeft werk; maar geeft het ook politieke beweging? Dat er ook nog wat gedaan wordt aan de oorzaken van de schuldhulpproblematiek. Dat mis ik. En daardoor werd het voor mij tijd om weg te gaan.’
Veel voor elkaar gekregen
‘We hebben in dertien jaar veel voor elkaar gekregen. Op dit moment houd ik me bezig met nieuwe ontwikkelingen op sociaal gebied, zoals commoning (goederen en diensten die beheerd worden door een gemeenschap van burgers) en ervaringsdeskundigheid. Ik verveel me niet.’
‘Het kan best zijn dat ik in de toekomst nog meewerk aan projecten van Eropaf!. Het zou ook vreemd zijn als ik helemaal afstand zou nemen van iets waar ik me dertien jaar lang voor heb ingezet. Er is dus heus nog voldoende verbinding.’
Interview door: Marco Ploeger